Postpartum depressie ( postnatale depressie)
De hormonale veranderingen na de bevalling hebben niet alleen veel effect op je lichaam maar ook op je emoties. Veel vrouwen hebben dan ook tussen de derde en tiende dag na de bevalling last van 'huildagen', ook wel kraamtranen of baby blues genoemd. Dit is een logische reactie op de nieuwe situatie, maar na een paar dagen gaat dit weer over en kun je van je kind genieten. Toch zijn er vrouwen die soms maandenlang neerslachtig blijven. Dit gebeurt bij ongeveer 10% van de vrouwen die een kind hebben gekregen, in meer of mindere mate.
In zo'n geval spreek je van een postnatale of postpartum depressie. De term postnatale depressie raakt wat in onbruik, omdat dat letterlijk betekent: 'depressie na de geboorte'. Dit zou kunnen suggereren dat de baby last heeft van een depressie, terwijl het om de moeder gaat. Beter is het daarom om te spreken van postpartum depressie: depressie na de bevalling.
Bij een postpartum depressie ben je bang, onrustig en depressief. Men vermoedt dat de oorzaak de zeer grote daling van hormonen is, met daarbij opgeteld de algehele uitputting en ongemak in de dagen na de bevalling. Een postpartum depressie begint meestal binnen een paar weken na de geboorte en houdt lange tijd aan. Soms kan het wel een jaar of langer duren. Vrouwen met een postpartum depressie voelen zich totaal niet opgewassen tegen de nieuwe situatie.
Wat zijn is nu het verschil tussen een lichte "normale" depressie na de bevalling en een postpartum depressie? Bij een lichte depressie ben je prikkelbaar, huilerig en voel je je kwetsbaar. Je bent ongerust en bang voor de nieuwe verantwoordelijkheid die een kind met zich meebrengt. Dit gaat echter na een aantal dagen gewoon weer over.
Bij een postpartum depressie ben je voortdurend ongelukkig. Je voelt je schuldig en hebt het gevoel tekort te schieten, je voelt je geen goede moeder. Je piekert en je hebt geen zin in seks. Je stemming kan ook wisselen van intensiteit. In extreme gevallen kan er sprake zijn van een postpartum psychose, gekenmerkt door volledige instorting. Je kunt dan op het ene moment hyperactief, manisch en uitgelaten zijn en het volgende moment heel depressief zijn, niet kunnen slapen, paniekaanvallen hebben en bijna schizofreen gedrag vertonen met hallucinaties.
Je hebt meer kans op een postpartum depressie als je ook andere spanningen hebt, zoals relatieproblemen, de angst of je het wel aankunt, financiële problemen, enzovoort. Ook een slechte hormoonbalans en eerdere postpartum depressies zijn een risicofactor. Ga daarom naar je arts en bespreek de problemen. De neerslachtigheid kan bijvoorbeeld ook te maken hebben met de werking van je schildklier of je bloedsuikerspiegel. Je huisarts kan uitzoeken wat er precies aan de hand is en op zoek gaan naar een oplossing.
Hoe een postpartum depressie behandeld moet worden, verschilt van persoon tot persoon, maar kan bestaan uit gesprekstherapie, antidepressiva (geneesmiddelen tegen depressie) en eventueel toediening van vitamine B. Informeer ook naar een patiiëntenvereniging in de omgeving waar je steun kunt vinden.